Brenda Milner, een van de bekendste neuropsychologen en geheugenonderzoekers van de afgelopen eeuw, is vandaag 107 jaar oud geworden.
Milner werd geboren op 15 juli 1918 in Manchester in Engeland (de Eerste Wereldoorlog was nog bezig), promoveerde in Canada bij de beroemde neuropsycholoog Donald Hebb - bekend van het adagium: 'Neurons that fire together, wire together' - en werd als neurowetenschapper bekend door haar jarenlange onderzoek van patiënt HM (Henri Molaison) die hersenchirurgie had ondergaan om zijn epilepsie te verminderen.
'Een tragische vergissing'
Bij HM werden in 1953 onder andere grote delen van zijn hippocampus en amygdala verwijderd - hersengebieden die in de temporale kwab van de hersenschors liggen. Na de operatie was zijn epilepsie inderdaad grotendeels verholpen, maar door de schade aan zijn brein was hij ook niet meer in staat om nieuwe herinneringen aan te maken, zo werd al snel duidelijk. 'Een tragische vergissing' zou zijn chirurg, William Scoville, later over de ingreep zeggen.
Het leed van HM vormde echter wel de aanleiding voor jaren van vruchtbaar onderzoek naar zijn geheugen. In de dertig jaar dat Brenda Milner onderzoek deed naar H.M. was hij niet in staat te onthouden wie zij was en hoe ze heette. Elke keer moest ze zich opnieuw voorstellen aan hem. HM had een ernstige vorm van zogeheten anterograde amnesie, nieuwe gebeurtenissen en feiten onthouden kon hij niet meer. Voorvallen van jaren voor de operatie wist hij nog wel.
'Bilateral medial temporal lobe resection in man results in a persistent impairment of recent memory [...] The memory loss [...] involved both anterograde and some retrograde amnesia, but left early memories and technical skills intact. There was no deterioration in personality or general intelligence [...] It is concluded that the anterior hippocampus and hippocampal gyrus, either separately or together, are critically concerned in the retention of current experience',
zo schrijven Milner en Scoville in hun baanbrekende publicatie uit 1957: Loss of recent memory after bilateral hippocampal lesions.
Opmerkelijk was dat HM wel in staat was om nieuwe motorische vaardigheden aan te leren, zoals het in spiegelbeeld natekenen van figuren - een testje dat Milner met hem deed. HM werd naarmate hij ze vaker deed ook steeds beter in deze testjes: zijn procedurele geheugen (zoals dit later genoemd werd) werkte nog prima.
Niet één maar meerdere geheugensystemen
De onderzoeken van Milner bij HM droegen bij aan het onderscheid dat tegenwoordig gemaakt wordt tussen Declaratief geheugen (persoonlijke gebeurtenissen en feiten) en Procedureel geheugen (motorische vaardigheden) - ook wel expliciet en impliciet geheugen genoemd. Er is niet één geheugensysteem maar er zijn meerdere. Ook was Milner een van de eersten die het belang van de hippocampus voor het expliciete geheugen aantoonde door haar gedegen onderzoek.
Later bestudeerde ze onder meer de lateralisatie van de hersenen en de werking van de frontale cortex. Ze ontving in haar wetenschappelijke carrière vele prijzen, waaronder de prestigieuze Kavli-prijs in 2014. En hoewel dit stukje zo langzamerhand een beetje lijkt op een in memoriam is Milner dus nog springlevend. En hoe.
106 is niks anders dan 105 of 107...
Brenda Milner ging tot na haar honderdste verjaardag nog naar haar werk aan de McGill universiteit in Montréal. Vorig jaar werd haar 106e verjaardag gevierd en in een video ter gelegenheid daarvan vertelt ze dat 106 niks anders is dan 105 of 107. Ze maakt in die video een zeer heldere en kwieke indruk en zegt dat ze in goede gezondheid is. En ook haar geheugen - het fenomeen waar ze jarenlang onderzoek naar heeft gedaan - is nog uitstekend.
En vandaag is ze 107 geworden en maakt ze nog altijd een zeer scherpe en fitte indruk. Toen ze honderd werd zei ze er nog graag vele jaren aan vast te willen knopen. Op naar de 108 dus.
Reacties